Walvistij, Zomerboek, Een eiland, De verworvenheden

Het is 1938. Manod is een jonge vrouw die op een eiland voor de kust van Wales woont.

Het boek

Wanneer twee antropologen van het hoofdeiland arriveren om de gebruiken van de eilanders te bestuderen, ziet ze een gelegenheid om het eiland te verlaten en het leven te gaan leiden dat ze voor ogen heeft. Maar ze raakt verstrikt in hun relatie en haar verbeelde toekomst lijkt buiten bereik te raken.

De schrijver

Elizabeth O’Connor (Birmingham, 1992) studeerde in 2019 af in Engelse Letterkunde aan de universiteit van Birmingham. O’Connor won the White Review prize in 2020 for a short story about a dog show and now there are plans afoot for a second novel based back in the world of dog shows, exploring what it is like for your world to be revolved around an animal.

Meer informatie over dit boek en de schrijver vindt u hier

Recensie Mieke

De Leesclub is een wekelijkse rubriek waarin Mieke van der Weij het boek van de week bespreekt en drie boekentips geeft. Lees hier haar recensie van Walvistij.

Citaat

‘Als ooit het woord zintuiglijk op zijn plaats was, dan bij deze debuterende Engelse schrijfster’

Boekentips

Tove Jansson: Zomerboek

Sophia brengt met haar vader en oma de zomer door op een Fins eiland. In de wijze en vooral ook geestige gesprekken die de oude vrouw en het jonge meisje met elkaar voeren, komen de angsten en verlangens van het meisje en het verleden van de oma op een betoverende en ontroerende manier tot uitdrukking. Tegen de achtergrond van moerassen en bossen en de altijd aanwezige zee schildert Tove Jansson zonder enig spoor van sentimentaliteit of valse emotie de verhouding tussen een grootmoeder en haar kleindochter.

De Geus 176 blz. €20,00 (e-boek €9,99)

Karen Jennings: Een eiland

Samuel leidt al 23 jaar een geïsoleerd bestaan als vuurtorenwachter op een klein eiland midden in de oceaan. Hij belichaamt het eiland. Maar dat verandert wanneer hij op een morgen ontdekt dat de zee hem iemand heeft gebracht: eindelijk gezelschap, of een ruw einde aan zijn regelmatige leven? Samuel verzorgt de vluchteling plichtmatig. Als die op krachten komt, voelt Samuel zich al snel bedreigd. Communicatie tussen de twee is nauwelijks mogelijk, de man wordt steeds vrijpostiger en Samuel vreest voor een onvermijdelijke aanvaring. En tegelijk met de aangespoelde zijn ook lang weggestopte herinneringen weer aan de oppervlakte Voor de eerste keer wordt de vuurtorenwachter gedwongen vragen te stellen over zijn eigen rol in de geschiedenis: Wat betekent ‘land’, en aan wie behoort dat toe?

Uitgeverij Cossee 160 blz. €22,99 (e-boek €14,99)

Jan van Tienen: De verworvenheden

De verworvenheden, of hoe je iemand wordt die ernaar verlangt op het eiland Hompelvoet te zijn doet wat het belooft: het helpt je iemand te worden die ernaar verlangt op het eiland Hompelvoet te zijn. Jan van Tienen zocht lang naar zijn stem, zijn verhaal, zijn zelfvertrouwen, zijn doel in het leven. Nu neemt hij de lezer mee langs zijn blunders, emotionele hoogtepunten en diepe vernederingen, langs zijn omwegen en fascinaties, snackbars en afterparty’s, onderweg naar Hompelvoet: het eiland in het Grevelingenmeer, tussen Zuid-Holland en Zeeland, dat behalve een eiland misschien ook wel een metafoor is.

Uitgeverij Das Mag 248 blz. €22,99 (e-boek €12,99)

Volgende week:

Leest Mieke: Kairos. van Jenny Erpenbeck.

Recensie Mieke: Walvistij van Elizabeth O’Connor

Het is 1938. Manod is een jonge vrouw die op een eiland voor de kust van Wales woont.

Walvistij ★★★★

O’Connor weet vanaf de eerste bladzijde de sfeer van het eiland waar ze over schrijft weergaloos op te roepen. ‘Zo gaat een eilandjaar. Eerst de zon, en de lente die zich vult met vogels. (..) Soms vechten ze midden in de lucht, waarbij ze elkaar tot bloedens toe verwonden. Ze laten visjes uit hun bek op de binnenplaats vallen, die zich dan in de kieren en gaten tussen de stenen wurmen, waar ze nog maandenlang een ranzige lucht verspreiden.’ Je ruikt het als lezer! Als ooit het woord zintuiglijk op zijn plaats was, dan bij deze debuterende Engelse schrijfster. Ook de walvis die in september 1938 aanspoelt, – is het een goed of slecht teken? – gaat steeds sterker ruiken.

Verteller is de achttienjarige kreeftvissersdochter Manod, die met haar vader en zusje op deze woeste en onherbergzame plek woont, met een vuurtoren op de oost- en een grot op de westpunt. 5 kilometer lang is het maar. Wat er met haar moeder is gebeurd blijft lang onduidelijk. Manod runt het huishouden: vuur aanmaken, mossels en kokkels rapen in de striemende wind, op haar zusje passen. En op zondag een kilometer wandelen naar de kerk in je goeie goed, waar je dan te horen krijgt dat je moet bidden voor een goede vangst.

Maar onze heldin is een dwars type: ‘De meeste mensen zeiden dat ik mooi blond haar had, waardoor ik alleen maar zin kreeg om het af te knippen’. Getalenteerd en slim is ze ook. De wereldpolitiek komt mondjesmaat binnen. Van de oorlogsdreiging krijgen de eilandbewoners via een oude krant iets mee: een foto van Neville Camberlain, de kop: 5000 Britse manschappen naar Sudetenland. Drie weken oud nieuws.

Hoe fraai beschreven ook, alleen maar kreeftenvissen en de dominee is te weinig voor een roman. Iets van buitenaf moet de boel aan het rollen brengen. En ja hoor, daar zijn ze, Joan en Edward, twee antropologen uit Oxford, ze willen het ongerepte eilandleven vastleggen en vragen Manod, die naast het Welsh ook Engels spreekt of ze wil tolken. Er ontwikkelt zich zelfs een soort vriendschap.

Joan idealiseert het eilandleven op een dweperige manier: een onaangetaste plaats ‘waar de mensen als wilde bloemen waren.’ Manod heeft het eiland nooit zo bekeken. ‘Ik had het nooit als interessant of mooi beschouwd’. Zij wil juist naar de stad, om te studeren, net als Joan. Haar voorland trekt haar niet: “Ik had meisjes gezien die trouwden op hun zestiende, moeder werden rond hun twintigste en zeeweduwe op hun vijfentwintigste, afgetobd en verloren.’

Lukt het Manod om te ontsnappen aan het eilandleven waar alles vastligt? Walvistij is vooral een poëtisch en hartverscheurend verhaal, waarvoor O’Connor zich liet inspireren door verschillende bestaande eilanden. Zoals het Bardsley Island, 3 kilometer uit de kust van een schiereiland in Wales. In 1931 telde het zestig inwoners, van wie er in 2019 nog elf over waren. O’Connor vertelt het in een noot achterin. Het boek is dus ook een ode aan een vrijwel verdwenen cultuur.


Uitgeverij Ambo|Anthos 190 blz. €22,99 (e-boek €9,99, luisterboek €11,99)

Recensie Mieke: Long Island van Colm Tóibín

Eilis Lacey woont al twintig jaar in Long Island. Een schokkend bericht drijft haar terug naar Ierland.

Long Island ★★★★

Brooklyn van Colm Tóibín is een van mijn lievelingsboeken. Tot vervelens toe heb ik het cadeau gedaan en uitgeleend. Ook nu staat het niet in mijn boekenkast. Alleen in Groot-Brittannië al is het 300.000 keer verkocht, én het is ook nog eens geweldig verfilmd, met Saoirse Ronan in de hoofdrol.

Het verhaal van Eilis Lacey die tegen haar zin naar Amerika gestuurd wordt in de jaren 50, daar enorm moet wennen, maar toch langzaam uit haar schulp kruipt, en verliefd wordt op Tony, een Italiaanse immigrantenzoon, tot ze opeens terug moet omdat haar zus is gestorven, is hartverscheurend. En wat wist Tóibín zich te verplaatsen in haar, hoe ze heen en weer wordt geslingerd tussen haar nieuwe leven in Amerika en haar heimwee naar Ierland! Nooit wil ik meer horen dat een man geen goede roman kan schrijven met een vrouw in de hoofdrol! Toen ik las dat er na vijftien jaar een vervolg kwam, kon ik het bijna niet geloven. Maar het is echt waar. Alsof Tóibín het speciaal voor mij gedaan had.

Eilis is twintig jaar ouder en woont nog steeds met Tony in New York, nu op Long Island. Ze hebben een dochter en een zoon die bijna volwassen zijn. Dat haar schoonouders en zwagers in hetzelfde rijtje wonen, is wel verstikkend. ‘Ze vonden Eilis’ teruggetrokkenheid en het belang dat ze hechtte aan privacy typisch Ierse eigenschappen.’

Tóibín zet de boel meteen op scherp als er een man op de stoep staat die beweert dat zijn vrouw zwanger is van Tony en dat hij de baby op de stoep zal komen leggen. Eilis vlucht naar haar geboorteplaats Enniscorthy in Ierland, want ze is ervan overtuigd dat haar schoonmoeder al het een en ander bekokstoofd heeft wat die baby betreft. Die gaat natuurlijk opgenomen worden in die luidruchtige Italiaanse clan. Dat haar eigen moeder tachtig wordt komt nu erg goed uit.

Eilis is er thuis en ook weer niet. Twintig jaar is veel. Haar moeder vindt Amerikanen vreselijk. ‘Hun stemmen vind ik het ergst. En hun kleren’. Haar oude vriendin Nancy vraagt zich af wat er gebeurd is in Amerika. ‘In de tijd dat zij en Eilis met elkaar omgingen en ze haar elke dag zag, was er niets bijzonders aan haar geweest. Nu sprong ze eruit. Ze leek een ander persoon.’ Diezelfde Nancy is heimelijk verloofd met Jim Farrell, en laat dat nou het oude vriendje van Eilis zijn. En oude liefde, we weten het… En zo komt Eilis opnieuw in een tweestrijd terecht.

Long Island is een heerlijk verhaal over het verglijden van de tijd, over verwachtingen, teleurstelling en de vraag: Kun je na je veertigste opnieuw beginnen? Het gaat ook over de verscheurdheid die immigranten na jaren nog kunnen voelen. Het gevoel dat je zowel hier als daar een buitenstaander blijft. Valt er dan niets te klagen? Ja, toch. Ik moet eerlijk zijn: op het eind gebruikt hij af en toe iets te vaak soap-elementen om de spanning van het liefdesdrama erin te houden. Iets wat hij helemaal niet nodig heeft!

Uitgeverij De Geus 352 blz. € 24,99 (e-boek € 13,99)

Recensie Mieke: Mes van Salman Rushdie

Tot in detail de traumatische gebeurtenissen van de aanslag op Rushdie en de nasleep ervan, evenals zijn pad naar lichamelijk herstel en genezing.

Mes ★★★

Vijftien keer werd Salman Rushdie in zijn hals, borst, rechterdij, en linkerhand gestoken. Maar het ergste was het mes in zijn oog, tot aan de oogzenuw. Dat oog is voorgoed verloren en de schrijver kijkt ons vanaf de achterflap dan ook aan met een piratenblik.

Het verhaal is bekend: 33 jaar geleden werd er een fatwa uitgesproken, omdat zijn roman De Duivelsverzen blasfemisch zou zijn. De eerste tien jaar was Rushdie alert, hij werd zwaar beveiligd, en ging van het ene onderduikadres naar het andere. Hij verhuisde naar Amerika. Ik denk niet dat iemand er nog op gerekend had, maar het gebeurde: een 24-jarige man uit New Jersey stormde het toneel op in Chautauqua, New York. Hun ontmoeting duurde 27 seconden.

Niemand gaf nog een dubbeltje voor Rushdies leven, maar hij kwam er bovenop. Het moeizame revalidatieproces beschrijft hij nauwgezet hij in dit memoir, hier en daar iets té nauwgezet wat mij betreft. Ik hoef niet alle ins en outs te weten over prostaatkanker-onderzoeken, zakken die lekkend lichaamsvocht opvangen en hoe zijn wang wordt dichtgenaaid. Het is een curieuze mengeling van zelfmedelijden en zelfspot.

Hoe heeft deze aanslag hem veranderd? Kan hij nog gelukkig zijn? Wat betekent het voor zijn schrijverschap? Het boek is voor een groot deel ook zelfreflectie. Rushdie beziet het verleden, de tijd na de fatwa, toen hij lang niet van alle intellectuelen en politici steun kreeg. Ook vertelt hij uitvoerig over de ontmoeting met zijn huidige vrouw, de dichteres Eliza Griffiths, die hem in al zijn fysieke narigheid liefdevol bijstaat, en hem verbiedt om vlak na de aanslag in de spiegel te kijken, omdat zij oog er bijhangt als een zachtgekookt ei. Voortdurend moeten we lezen hoe geweldig ze wel niet is, net als zijn zoons en zijn zus, die kleffe taal over ‘de helende kracht van de liefde’ ging me wel tegenstaan.

Zijn bijna-moordenaar noemt hij niet bij naam, dat gunt hij hem niet. Wel is hij benieuwd wat hem bezield heeft. Mooi is het denkbeeldige gesprek met deze A, die wordt neergezet als een gefrustreerde domoor zonder vrienden die jarenlang bij zijn moeder in een souterrain heeft zitten gamen en amper twee bladzijden van Rushdie gelezen heeft. Hij roept collega’s in herinnering die ook slachtoffer waren van een aanslag; Samuel Beckett, en Nagieb Mahfoez. En hij beschrijft zijn leven als beroemdheid: overal wordt hij belaagd door paparazzi. Want dat zullen we weten, dat hij een gevierd auteur is. Als hij naar Engeland wil voor familiebezoek krijgt hij meteen weer ‘fulltime volledige bewapende beveiliging’. Natuurlijk.

Het is beslist een boeiend geheel, dit memoir, maar gaandeweg ging ik me ergeren aan zijn ijdelheid. Als Eliza naar hem toe wil na de aanslag huurt ze een privévliegtuig voor 20.000 dollar. Vooruit. Een vriendin is een ‘uitzonderlijke tablaspeler’. Als er gegeten wordt dan met Martin Amis of een andere beroemdheid, en als ze onderduiken in een New Yorks loft van een vriend is het er een met ramen aan drie kanten die over de stad uitkijken en een dakterras waarop een schitterende tuin was aangelegd.

Uitgeverij Pluim 216 blz. € 21,99 (e-boek € 14,99).

Mes, Neerslag van een huwelijk, Man zonder rijbewijs, Tot God

Tot in detail de traumatische gebeurtenissen van de aanslag op Rushdie.

Het boek

Op de ochtend van 12 augustus 2022 stond Salman Rushdie op het podium bij het Chautauqua-instituut, toen een man in het zwart op hem afstormde. In dit boek herleeft Rushdie voor het eerst en tot in detail de traumatische gebeurtenissen van die dag en de nasleep ervan, evenals zijn pad naar lichamelijk herstel en genezing.

De schrijver

Salman Rushdie (Bombay, 1947) is een veelvuldig bekroonde schrijver. Hij groeide op in Bombay en studeerde in Cambridge. Hij debuteerde in 1975 met Grimus. Zijn hele verdere carrière is getekend door de ophef rond The Satanic verses uit 1988, in 1989 vertaald als De Duivelsverzen.

Meer informatie over dit boek en de schrijver vindt u hier

Recensie Mieke

De Leesclub is een wekelijkse rubriek waarin Mieke van der Weij het boek van de week bespreekt en drie boekentips geeft. Lees haar recensie van Mes

Citaat

‘Het is beslist een boeiend geheel, dit memoir, maar gaandeweg ging ik me ergeren aan zijn ijdelheid’’

Boekentips

Mensje van Keulen: Neerslag van een huwelijk

Mensje van Keulens dagboek over de periode 1977-1979, de jaren waarin haar huwelijk onder druk staat en ten slotte op de klippen loopt, iets wat samenvalt met haar zwangerschap en de geboorte van haar zoon. Op bijna schokkend openhartige wijze geeft Van Keulen in haar memoir inzicht in hoe man en vrouw elkaar dwars kunnen zitten, zonder dat ze dat zelf in de gaten lijken te hebben. De vrije huwelijksmoraal van eind jaren zestig blijkt zijn keerzijde te hebben, begeerte en jaloezie, list en bedrog, ze zijn van alle tijden.

Uitgeverij Atlas Contact 224 blz. € 21,99 (e-boek € 9,99)

Oek de Jong: Man zonder rijbewijs

Oek de Jong is een man zonder rijbewijs, en stelt zich de vraag: Waarom ben ik hier pas zo laat mee begonnen? Over rijles, schrijven, en de invloed van je ouders op wie je wordt in het leven. Oek de Jong, die nooit heeft willen autorijden, neemt alsnog rijles. Waarom is hij hier zo laat mee begonnen? Die vraag leidt terug naar hoe hij is geworden wie hij is. Beelden komen op: een bijna-fatale rit in de auto van zijn moeder, hoe hij door zijn eenzelvige vader en moeder werd gevormd, het machismo van zijn Friese grootvader, reizen in Egypte en Marokko zonder auto, het effect van schrijver-zijn op een leven. Zijn eerste rit op de Ring van Amsterdam bezorgt Oek de Jong de schok die de aanzet is geweest tot het schrijven van een verrassende memoir vol humor en zelfspot.

Uitgeverij Atlas Contact 224 blz. € 22,99

Christophe Vekeman: Tot God

Nadat hij fictie de rug had toegekeerd, besloot Christophe Vekeman op zoek te gaan naar de waarheid en belandde hij, uit adoratie voor de Britse schrijver C.S. Lewis, enkele dagen in Oxford. Daar maakte hij dingen mee die voor een keerpunt in zijn leven zouden zorgen, en die hem meer bepaald, definitief de stap deden zetten naar een zo krachtig mogelijk geloof in de verrezen Heer Jezus Christus. Onder meer door middel van gedichten, gezangen, brieven aan zijn vriend en colle­ga Peter Terrin, woeste preken, jeugdher­inneringen, bespiegelingen over Johnny Cash, polemische dromen, waargebeurde reisverhalen en ingetogen dagboekfrag­menten brengt de voormalige romanschrij­ver in dit memoir verslag uit van deze stap.

Uitgeverij de Arbeiderspers 272 blz. € 24,99 (e-boek € 14,99)

Volgende week

Leest Mieke Long Island van Colm Tóibin

Waar ik liever niet aan denk, Zomersplinters, Wij zijn van diamant, De bewaring

Het verhaal van een depressieve broer, verteld door zijn tweelingzus die hem zowel liefheeft, hem dingen kwalijk neemt, en hem vreselijk mist.

Het boek

In korte hoofdstukken, vol melancholie en verrassende humor, vertelt Posthuma het verhaal van een depressieve broer, bekeken vanuit het perspectief van de zus die haar tweelingbroer zowel liefheeft als hem dingen kwalijk neemt, moeite heeft hem te begrijpen en hem vreselijk mist. Wat gebeurt er als de persoon op wie je je hele bestaan hebt gebouwd, er plotseling niet meer is?

De schrijver

Jente Posthuma (Enschede, 1974) studeerde Frans en literatuurwetenschap aan de Universiteit Utrecht en Université Paris Diderot. Daarna werkte ze als journalist. Ze publiceerde korte verhalen en in 2012 won ze de A.L. Snijdersprijs voor het beste zeer korte verhaal. Ze maakt in 2016 haar romandebuut met Mensen zonder uitstraling. Haar tweede roman werd in vertaling genomineerd voor zowel de European Union Prize for Literature (2021) en als de International Booker Prize (2024).

Meer informatie over dit boek en de schrijver vindt u hier

Recensie Mieke

De Leesclub is een wekelijkse rubriek waarin Mieke van der Weij het boek van de week bespreekt en drie boekentips geeft. Lees haar recensie van Waar ik liever niet aan denk

Citaat

‘Er zit iets fascinerends in het tweeling-zijn, maar ook een enorme tragiek.’

Boekentips

Mick van Biezen: Zomersplinters

Vijftien jaar na de relatie met zijn jeugdliefde Leah, staat correspondent Andreas Sauer tegenover de Vesuvius. Zijn voormalige schoonvader heeft hem uitgenodigd in Napels. Leah is verdwenen en ondanks alles voelt het toch vanzelfsprekend dat juist Andreas naar haar op zoek gaat. Hij volgt haar sporen en al snel ontdekt hij meer over haar leven zonder hem en over de vroegere vriendschap tussen hun ouders. Leah blijkt niet de enige te zijn die iets verbergt.

Uitgeverij Lebowski 208 blz. € 22,99 (e-boek € 9,99).

Alex Boogers: Wij zijn van diamant

Waar ligt de grens tussen onuitgesproken liefde en onbemind zijn? Wanneer de 21-jarige William onverwacht naar Seattle vertrekt, reist zijn broer Markus hem achterna. Een paar dagen later wordt het levenloze lichaam van Markus gevonden aan de voet van de Snoqualmie Falls. Voordat William met het lichaam van Markus terugreist naar Vlaardingen krijgt hij bij de receptie van zijn hotel een laatste gift van zijn broer. Het blijkt een notitieboek van opa Lovitz, een Joodse familievriend. Op weg naar het vliegveld begint William te lezen en zo ontdekt hij dat het tragische lot van zijn broer onontkoombaar was. Wij zijn van diamant is een groots opgezette familiekroniek die laat zien hoe littekens uit het verleden generaties lang kunnen doorwerken: tussen vaders en zonen, tussen moeders en dochters, tussen vrienden en broers.

Uitgeverij Hollands Diep 416 blz. € 24,99 (e-boek € 9,99)

Yael van der Wouden: De bewaring

Isabel woont alleen in het huis van haar overleden moeder, waar alles rustig voortkrabbelt tot plotseling haar broer Louis met zijn nieuwe vriendin Eva voor de deur staat om bij haar de zomer door te brengen. Eva is in alles het tegenovergestelde van Isabel. Waar Isabel houdt van rust, houdt Eva van liederlijk late avonden; waar Isabel bedeesd en voorzichtig is, stampt Eva door het huis en trekt ze letterlijk alles uit de kasten. Maar dan beginnen er kleine dingen – een lepel, een mes, een kom – uit het huis te verdwijnen. Heeft Eva er iets mee te maken? Dat idee laat Isabel niet los. Koortsachtig houdt ze de nieuwe vrouw in de gaten, totdat ze – op het hoogtepunt van die zinderend hete zomer – een mysterieuze ontdekking doet waardoor netjes afgedekte geheimen haar plotseling keihard in het gezicht slaan. Misschien is de oorlog niet helemaal voorbij. De bewaring is een zorgvuldig opgebouwd verhaal waarin continu een aanstekelijke spanning voelbaar is tussen twee vrouwen en tussen het heden en ons donkere, collectieve verleden.

Uitgeverij Chaos 304 blz. € 24,50 (e-boek € 12,99)

Volgende week

Leest Mieke Mes van Salman Rushdie.

Recensie Mieke: Waar ik liever niet aan denk van Jente Posthuma

Het verhaal van een depressieve broer, verteld door zijn tweelingzus die hem zowel liefheeft, hem dingen kwalijk neemt, en hem vreselijk mist.

Waar ik liever niet aan denk ★★★★

En zo zou het zomaar kunnen dat we, na Marieke Lucas Rijneveld wéér een winnaar van de Internatonial Booker Prize krijgen, de prijs voor beste boek én vertaling in het Engels. Tot veler verrassing kwam Jente Postuma’s Waar ik liever niet aan denk op de shortlist terecht.  In een interview kreeg ze de vraag door welke internationale schrijvers ze beïnvloed was. Virginia Woolf, gokte ik. Deborah Levy? Maar nee, de Belgische Chantal Akerman blijkt haar grootste inspirator, hoe die de broeierige banden met haar moeder heeft beschreven.

De hoofdpersoon uit Waar ik liever niet aan denk is ook verstrikt in een familieband, die met haar tweelingbroer. Hij noemt haar Twee, zelf is hij natuurlijk Een, omdat hij drie kwartier eerder werd geboren. En hij is groter. In korte scènes, soms van nog geen halve pagina, beschrijft Posthuma de dynamiek tussen die twee van aantrekken en afstoten. Dat geeft het droevige verhaal iets lichts, die vorm. Ze gaan allebei Engels studeren, de een woont aan een kant van het park, de ander aan de andere kant. Beiden hebben een aanleg tot depressiviteit, maar bij hem neemt het steeds heftiger vormen aan en uiteindelijk pleegt hij zelfmoord. Dit is geen spoiler want het staat al op pagina 51. Omdat hij haar rots in de branding was, op wie ze altijd kon rekenen, blijft Twee ontheemd achter.

Het lijkt opeens wel een thema in de literatuur, tweelingen. Onlangs nog besprak ik Cobi van Baars’, De onbedoelden. En ja, er zit iets fascinerends in het tweeling zijn, maar ook een enorme tragiek. Hun hechte band, maar ook hun rivaliteit. Negen maanden verstrengeld in de baarmoeder, en dan bruut gescheiden.  

Waarom neemt broer steeds afstand? Twee kan het niet verwerken, ook de relatie met haar man, Leo, lijdt er onder. Zeker als ze na zijn dood steeds vaker in het lege appartement van haar broer gaat slapen. Het is heel treurig allemaal en Posthuma maakt schrijnend en invoelbaar duidelijk hoe het is om te leven met zo’n intens gemis, en je dan ook nog schuldig te voelen, omdat je vindt dat je gefaald hebt, en hem niet hebt kunnen redden. Even overweegt ze hem achterna te gaan. Dan staat ze bij een stoplicht, als er een vrachtwagen aan komt rijden. ‘Wat als ik nu, dacht ik. Nu. NU. Toen was de vrachtwagen voorbij. De kans was voorbij. Mijn broer was weg, en met hem mijn hele verleden.’

Tussendoor staan stukken over de Twin Towers, waarvan 1 WTC ook iets langer was. Of over Josef Mengele die experimenten op tweelingen uitvoerde. Toch heeft alles een functie in het verhaal. ‘Ik schaamde me voor de uren waarin ik mezelf verloor in het zoeken naar verhalen van Holocaustoverlevenden, voor de manier waarop ik het grote leed van anderen gebruikte om mijn kleine verdriet te verwerken. Om de Holocaust mocht ik huilen.’ Dit lijkt misschien allemaal melodramatisch maar Posthuma heeft ook heel veel humor. Er staan veel droogkomische zinnen in, zoals ‘Hout is gezellig, zei hij vaak, dat is gewoon zo.’ Dat maakt dat je er toch doorheen zoeft.


Uitgeverij Pluim 240 blz. € 22,99

Back to top